Er was eens een vrouwtjes-slang
Die was voor niks en niemand bang
Als je riep: je kan mij toch niet pakken
Kwam ze hard aanlopen op haar hoge hakken !
———————
Er was eens een hond
Die had een korte lont
Hij blafte en blafte
En ging zo tekeer
Totdat z’n baas zei
Hee, houd nou eens op!
Toen deed ie het niet meer
———————-
Er was eens een kat
Die niet meer wilde wonen in de stad
Hij stapte op de fiets naar een boerderij
Kreeg daar verkering
En was toen dubbel zo blij !
———————–
Er was eens een kikker met een zonnebril
Die zat te zonnen op z’n eigen kikkerdril
Hij viel in slaap
En verbrandde zodoende zijn kop
Toen zette hij maar snel ook nog een hoedje op!
———————–
Er was eens een spin
Die last had van een
vlieg op z’n kin
Hij pakte em bij z’n kop
Riep ‘halleluja’ en at em op!
Fleur